Bij traditionele convectieverwarming wordt de lucht in een ruimte verwarmd. Dit gebeurt bijvoorbeeld met een cv-ketel en radiatoren in huis. De warme lucht uit de radiator mengt zich met de lucht in de ruimte waardoor na verloop van tijd de temperatuur in de ruimte stijgt. Hiervoor moet dus wel eerst een groot deel van de lucht in de ruimte verwarmd worden. Convectiewarmte is dus een indirecte manier van verwarmen.
Bij stralingswarmte wordt (onschadelijke) straling door een heater of paneel uitgestraald en omgezet in warmte zodra het objecten of personen raakt. Een bekende vorm van stralingsverwarming is infraroodverwarming. In tegenstelling tot convectieverwarming wordt dus niet de lucht verwarmd, maar objecten en personen rechtstreeks. Vergelijk het met de warmte die je ervaart op een zonnige maar koude winterdag. Je voelt warmte van de zonnestralen op je huid, terwijl de temperatuur laag is. Dat is wat er gebeurt met infraroodverwarming, maar dan zonder schadelijke UV straling. Op deze pagina leest u meer over de werking van infraroodverwarming.
Stralingswarmte is een efficiëntere en energiezuinigere manier van verwarmen dan convectieverwarming. Bij stralingsverwarming hoeft namelijk niet eerst de lucht in de ruimte verwarmd te worden. Een infraroodpaneel heeft daarom ook een veel kortere opwarmtijd waardoor je snel de warmte ervaart.
Bovendien wordt met convectieverwarming de warmte minder goed verdeeld over de ruimte. Warme lucht stijgt namelijk op, waardoor de temperatuur bij het plafond hoger zal zijn dan bij de vloer. Daarbij ontstaat ook een luchtstroom (convectie) waarbij warme lucht opstijgt en koude lucht daalt. Deze luchtstroom zorgt ervoor dat stofdeeltjes zich door de ruimte zullen verspreiden, wat klachten aan de luchtwegen tot gevolg kan hebben. Stralingswarmte is daarom ook beter voor de gezondheid.